Een nieuw speelveld voor de kinderen

Het begon ermee dat een aantal mensen in de straat klaagden dat de buurtkinderen altijd bij hen in de bosjes zaten. Maar in Zuurveld in Zuidlaren was er niks om fijn mee buiten te spelen. Dat moet anders, vonden ouders en een jonge opa. Nu is het veld voor de huizen opgeknapt en staan er nieuwe speeltoestellen.

Wij zorgden samen met gemeente en Woonborg voor een fijne speelplek.

Speeltoestellen nodig aan vervanging toe

Onder de overkapping achter het huis vertellen Monique, buurman Roelof en zijn kleinzoon Joël over hoe ze dat voor mekaar hebben gekregen. “De vrouwen belden de gemeente, maar kregen eerst nul op het rekest. Wacht maar, zei ik. Ze kennen me daar wel”, zegt Roelof. Hij belde: “Het is net of we nog in het stenen tijdperk leven, dat de vrouwen afgewimpeld worden.” En hij vertelde over de wens van de bewoners om tegenover de woningen op het grasveld nieuwe speeltoestellen neer te zetten. “Er is hier in die 51 jaar dat de huizen staan nooit wat gebeurd, zei ik. Het is nou tijd dat er door jullie eens wat geïnvesteerd wordt. De buurt knapt er alleen maar van op.” De oude schommel en het glijbaantje waren na de renovatie een schenking van de aannemer, als dank voor  de gastvrijheid van de bewoners tijdens de werkzaamheden. “Die toestellen waren helemaal af.”

Zelf nieuwe speeltoestellen uitzoeken

Twee mensen van de gemeente Tynaarlo kwamen de situatie bekijken. Ze gaven  de bewoners helemaal gelijk en ze deden een buurtonderzoek. Hoeveel kinderen woonden hier eigenlijk? “Ze telden er 144”, zegt buurvrouw Monique. “En dan hadden ze de kinderen die bij hun gescheiden ouders logeren nog niet eens meegerekend.” Roelof: “Ze sloegen steil achterover.” Monique: “Ze vertelde dat er een bedrag beschikbaar was. Wij mochten de speeltoestellen zelf uitzoeken. Op de buurtapp hebben we iedereen gevraagd naar hun wensen.” “Ook de kinderen dachten mee”, zegt haar buurjongen Joël. Maar toen ze gingen rekenen, kwamen ze net tekort. De gemeente gaf de tip om Woonborg eens te bellen. Dat deed Monique. “Wij hebben hier ook een potje voor”, hoorde ze. 

De buurt mikt met de speeltoestellen op kinderen in de leeftijd van 1 tot een jaar of 12. Daarvan zijn er veel in de buurt. Er staan nu bijvoorbeeld twee schommels, in plaats van een, dat scheelt een hoop geharrewar. Joël is al 12 en schommelt graag, net als de dochter van Monique. En ook haar driejarige zoontje is vaak op het speelveld te vinden. “Ze vinden het geweldig.”

Hecht buurtje

Monique: “De gemeente en Woonborg hebben er samen met ons voor gezorgd dat er nu een fijne speelplek is. Moet je kijken hoeveel kinderen hier nu spelen!” Roelof: “Wij zijn een heel hecht buurtje, waar we naar elkaar omkijken. We regelen de dingen graag zelf. Nu we door corona niet zo makkelijk op vakantie kunnen, is dat extra belangrijk. We gaan ook dit jaar weer leuke dingen organiseren op het speelveld.” Monique: “Vorig jaar hebben we een tentenkamp gemaakt. Een oproepje op Facebook om gratis tenten was genoeg. Roelof had pallets geregeld om een huttenkamp te bouwen. En we hadden een zwembad.” Roelof: “Als er wat voor de kinderen is, komen de ouders ook. Zo leer je elkaar kennen. Mooi weer, ieder neemt zijn eigen drinken mee en je zet er een barbecue bij. Dan heb je een geweldige dag met elkaar.”

Nog een paar wensen

Toch zijn er nog wensen. Het veld is behoorlijk ruim, er kan nog best wat bij. Bankjes, een picknicktafel, speeltoestellen. Ook de veiligheid kan beter. “De mensen die hier wonen rijden rustig, maar bezoekers lang niet altijd”, meldt Roelof. “Kinderen schieten zomaar achter het elektriciteitshuisje vandaan, de straat op. Die zie je niet, ook als je stapvoets rijdt.” Op Eerste Paasdag stond hij boven op de rem, kind op de motorkap. Dat was de druppel. Hij had nog wat hekjes liggen en maakte een afscheiding. Dat vond de gemeente geen goed idee, want het elektriciteitshuisje moest bereikbaar blijven. “Ik heb het paadje keurig netjes omgelegd.” Maar dat vond hij niet voldoende. “De gemeente heeft een heg geplant. Maar die struikjes zijn nog zo klein, daar rennen de kinderen dwars doorheen, hup de straat over, naar mama.” De hekjes staan nu dus in de heg. Kan die rustig groeien. “Als de heg volgroeid is, haal ik ze weg.” En de gemeente? “Ik ga niet dwarsliggen. Maar zo moet het, het zijn onze kinderen. Je wilt het veilig hebben.” Zo is het allemaal super in orde gekomen, vinden de bewoners van Zuurveld.